De straat is genoemd naar de in 1873 door pastoor Jan van der Lee gestichte St. Josephkerk (op de Heuvel) en St. Josephparochie.
- 1881: De straat werd op 8 oktober 1881 voor de eerste keer officieel door de gemeenteraad vastgesteld, lopende van ‘De Pijl’ tot den Hoevensche weg.
- 1900: Een gemeenteraadsbesluit van 24 november 1900 omschrijft de loop van de straat als: Van herberg ‘De Pijl’ (Café Restaurant Belle Vue) tot ‘De Hoed’ (Café In Den Hoed).
Enkele markante en geschiedkundig interessante woningen (de lijst is niet compleet en de recentere foto’s dateren uit maart 2022):
Bouwblok 40 (1870)
- Architect:
- Opmerkingen: zie Café In Den Hoed.
- St. Josephstraat 40.
Bouwblok 51 (1871)
- Architect:
- Opmerkingen: Deze langgevelboerderij is in 1871 gebouwd voor H. Van Roestel. Samen met het koets- en bakhuis is het een rijksmonument. Er was een gemengd bedrijf met landbouw en veeteelt in gevestigd maar nu mag er geen vee meer gehouden worden. De boerderij is opgetrokken uit handgevormde stenen en heeft een gepleisterde plint. Het woongedeelte links telt vijf traveeën met in het midden een paneeldeur met bovenlicht en levensboom. Het bedrijfsgedeelte heeft een rondboogvormig stalraam met straalvormige roedeverdeling. Daarnaast de staldeuren onder een korfboog. Onder de geprofileerde gootlijst een gepleisterde fries met profielranden. Op het zadeldak liggen zwarte oudhollandse dakpannen. Het pand is belangrijk vanwege de gaafheid van het in- en exterieur. Ooit was hier het eerste Tilburgse kantoor van de Boerenleenbank. Niet alleen de boerderij maar ook de bewoningsgeschiedenis is bijzonder omdat nu de zesde generatie Van Roestel hier woont.
- St. Josephstraat 51.
Bouwblok 67 (1910)
- Architect:
- Opmerkingen: Zie Villa J.C. van de Mortel.
- St. Josephstraat 67. Gesloopt in 1980.
Bouwblok 86-88-90-92-94-96 (1880)
- Architect:
- Opmerkingen: Zes arbeiderswoningen. Gebouwd omstreeks 1880. Vijf woningen van het deur-raam type en één deur-raam-raam woning (96). Rijk geornamenteerde stuuklijsten rond de vensters met mooi glas-in-lood in de bovenlichten. Het dak is een zadeldak met aan de straatkant een mansardeknik. Bij 86 zien we nog hoe dit dak er vroeger uit heeft gezien, zonder dakkapel. 96 heeft in 1954 zijn dakkapel gekregen. Bij 94 gebeurde dat in 1971, 92 in 1976, 90 in 1973 en 88 in 1972. De opkamer met kelder bevond zich bij deze huizen niet in het woonhuis zelf, maar in het achterhuis, tussen het zogenaamde schop en de keuken. De woningen, gemeentelijke monumenten, zijn gebouwd in opdracht van J. Berghegge die zelf op nr. 98 woonde.
- St. Josephstraat 86.
- St. Josephstraat 88.
- St. Josephstraat 90.
- St. Josephstraat 92.
- St. Josephstraat 94.
- St. Josephstraat 96.
Bouwblok 93 (1925)
- Architect: J. de Lugt.
- Opmerkingen: Fabrikantenvilla. ‘Rosegaerde’, bouwjaar 1925. Gebouwd in opdracht van F. van Spaendonck, textielfabrikant. Voormalige ingang aan de Professor Dondersstraat. Dit woonhuis, een gemeentelijk monument, werd in 1925 gebouwd in opdracht van textielfabrikant F. van Spaendonck. Villa Rosegaerde werd in 1927 betrokken door textielfabrikant Frans van Spaendonck en zijn vrouw Maria Loven. Het ontwerp is van de bekende architect J. de Lugt uit Bentveld, die ook het prachtige buurpand aan de Prof. Dondersstraat ontwierp. Het pand is opgetrokken uit handvormstenen, gemetseld in kettingverband, en heeft een samengesteld schilddak. De hoofdingang aan de Sint Josephstraat is voorzien van een timpaan, versierd met gestileerde rozen en rustend op gemetselde kolommen. De gevel aan de Prof. Dondersstraat heeft een middenrisaliet met daarop een balkon en daarachter een grote dakkapel. Van Spaendonck was directeur bij wollenstoffenfabriek André van Spaendonck & Zonen aan de Koestraat. Het bedrijf vestigde zich later onder de naam ‘Spandon’ op industrieterrein Kraaiven. In 1970 moest het zijn poorten sluiten: 630 mensen werden ontslagen. Frans overleed in 1936, twee van zijn zonen zaten in het verzet. Rob stierf op 24-5-1944 voor het vuurpeloton; er is een straat naar hem genoemd in de verzetsstrijdersbuurt. Frans stierf op 4-3-1945 in concentratiekamp Buchenwald. Na het overlijden van Maria Loven in 1958 kwam het pand in handen van de Rijksgebouwendienst. Er werd toen een uitbreiding aan gebouwd.
- St. Josephstraat 93
-
- Bewoners 1940-1945: De zonen Frans en Rob van Spaendonck speelden een rol in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog.
-
Bouwblok 98-100 (1870)
- Architect:
- Opmerkingen: Villa “De Verloren Tijd” uit 1870. Een robuuste villa met koetshuis rond 1880 gebouwd in opdracht van sigarenfabrikant Leo Diepen die er niet zelf ging wonen maar het pand verhuurde aan kunstwolfabrikant J.A. Berghegge die in 1875 achter dit pand zijn fabriek had opgericht. In het met leien bedekt afgeplat schilddak zien we drie dakkapellen met oren. Verder zien we een kordonlijst met balusters die bij het balkon overgaat in een balustrade. Het hele pand is grijs gestuukt, voornamelijk geblokt en beneden in de vorm van imitatie natuurstenen bossages. Beneden rondboogvensters en boven vensters met 35 segmentbogen. Berghegge heeft er tot 1922 gewoond, daarna textielfabrikant A.H.J. Brands-Kahman.
- Kunstwolfabriek J.A. Berghegge & Zonen. De fabriek lag achter de villa.
- In 1913 Villa Armada.
- St. Josephstraat 98
- 0000-1922 Bewoners J.A. Berghegge.
- 1922-0000 Bewoners A.H.J. Brands (wollenstoffen fabrikant) en L. Brands-Kahman.
- St. Josephstraat 100
- Het koetshuis wordt ook bewoond.
Bouwblok 102 (1850/1920/1930)
- Opmerkingen: Zie Villa F.B. van den Bergh.
- St. Josephstraat 102.
Bouwblok 104 (1908)
- Architect:
- Opmerkingen: Het bouwarchief bevat geen nadere informatie. Als tweekapper rond de vorige eeuwwisseling gebouwd zijn in een neorenaissancestijl, met een risaliserende topgevel met een dwarskap met wolfseind. Links en rechts van de voordeur zien we serres waarvan de raamindelingen nog origineel lijken. Het pand is rond 1995 intern ingrijpend verbouwd tot een woongebouw met 12 appartementen.
- St. Josephstraat 104.
Bouwblok 105 (1921)
- Architect: Jan van der Valk.
- Opmerkingen: Rijksmonument. Gebouwd voor wollenstoffenfabrikant F. van Dooren.
- St. Josephstraat 105.
Bouwblok 107 (1905)
- Architect:
- Opmerkingen: In de voorgevel van dit woonhuis zijn duidelijk boven de vensters wenkbrauwen te zien. Gebouwd in 1905 door August Franken naar een ontwerp van een Haagse architect en in 1940 onherkenbaar verbouwd door textielhandelaar J. Mutsaerts de Rooij. Het pand kreeg toen totaal nieuwe gevels naar een ontwerp van Architectenbureau P.M.J. Wayers. Deze stadsvilla staat niet op een monumentenlijst.
- St. Josephstraat 107.
Bouwblok 108 (1896)
- Opmerkingen: Zie Villa L.E. van den Berg.
- St. Josephstraat 108.
Bouwblok 110-112 (1906)
- Architect: Jos Donders.
- Opmerkingen: Twee identieke herenhuizen, gebouwd naar een ontwerp van Jos. Donders in opdracht van D.P. van Maren die ongeveer tegelijkertijd zijn drijfriemenfabriek hier achter op het terrein gebouwd heeft. Reliëf in de gevel wordt verkregen door de uitbouw met twee afgeschuinde hoeken op de begane grond en eerste verdieping. Hierop staat een balkon waarachter een topgevel door de daklijst breekt. Opvallend zijn de witte, gedecoreerde, natuurstenen lateien boven de ramen en deuren en de veel ruitse bovenlichten ingelegd met glas-in-lood. In 1912 bouwde D.P. van Maren een drijfriemenfabriek aan de Lanciersstraat 42.
- St. Josephstraat 110.
- St. Josephstraat 112.
Bouwblok 111 (1937)
- Architect: F.A. Warners.
- Opmerkingen: C. van Kemenade-Sala gaf in 1937 opdracht een bestaand huis van rond de vorige eeuwwisseling ingrijpend te verbouwen tot twee woningen. De Amsterdamse architect F.A. Warners die in Tilburg al bekendheid had verworven met zijn landhuis ‘De Lange Akker’ in Berkel Enschot (1920) werd ingeschakeld. Hij bouwde hier in een traditionelere stijl.
- St. Josephstraat 109 (rechts)-111 (links). Twee woonhuizen als resultaat van een ingrijpende verbouwing van één bestaand woonhuis. Op nummer 109 heeft kunstschilder Mariette Janssen-van Kemenade (1913-1985) gewoond.
Bouwblok 113 (1938)
- Architect: Frans Hovers.
- Opmerkingen: Het huis van Theo Knegtel gebouwd in 1938 heeft zijn voorkant aan de zijkant gekregen. Het staat niet op een monumentenlijst. Op dit terrein stond al vóór 1900 een groot huis, maar zonder voortuin. In 1938 verschijnt hier Theo Knegtel op het toneel die dan architect Frans Hovers een nieuw huis laat bouwen. Voor Knegtel, eigenaar van een autobedrijf, is een garage bij zijn huis een eerste vereiste. Door het huis dwars op het kavel te zetten creëert hij de nodige ruimte hiervoor. Hovers is er in geslaagd er een voornaam huis van te maken, met toepassing van een warme kleur baksteen waarin de witgeschilderde meerruits stalen ramen zich mooi aftekenen. Op het einde van de daken zien we aan de voor- en achterzijde imposante schoorstenen. Theo Knegtel (1893-1974) liet in 1915 zijn ouderlijk huis aan de Heuvel (waar nu de Heuvelpoort zit) slopen om daar zijn automobielgarage te bouwen. In 1921 werd het bedrijf de eerste Forddealer van Nederland. Later werd het bedrijf verplaatst naar de Spoorlaan, ongeveer op de plaats waar nu parkeergarage Knegtel nog aan deze naam herinnert. Hovers (1877-1944) kreeg bekendheid door zijn ontwerp van de Drögefabriek aan de Goirkestraat en het woonhuis Minoretti, Tivolistraat 2.
- St. Josephstraat 113.
Bouwblok 115-117-119-121 (1898)
- Architect: W.F. Bouman.
- Opmerkingen: In 1898 zijn in opdracht van A. van den Muijsenbergh door architect W.F. Bouman deze luxe ruime herenhuizen ontworpen. Ze hebben kenmerken van de neorenaissance en van de neogotiek. Door subtiel gebruik van gele bakstenen hebben ze een levendig aanzicht. Op het windvaantje rechts staat 98, links was er vroeger een vaantje met 18, 1898 dus. De panden zijn rijksmonument.
- St. Josephstraat 115.
- St. Josephstraat 117.
- St. Josephstraat 119.
- St. Josephstraat 121 grens aan poort Kunstsmeed werkplaatsen. Tussen 1911 en 1924 droeg dit pand het huisnummer 93. Vanaf de bouw in 1898 was het huisnummer O422. Pas in 1924 werd het huidige huisnummer 121.
- Bewoners 1905-1916: Henri Marcé, winkelier en wijnhandelaar.
- Bewoners 1916-1916: Hendrik vd Bergh, wollenstoffenfabrikant.
- Bewoners 1916-1922 Caspar Houben, lakenverver en assuradeur (met onderbreking).
Bouwblok 116
- Architect: Philibert Donders (1895-1963).
- Opmerkingen: Voormalige woning van kinderarts Dr. Keyzer, een ontwerp van Philibert Donders (1895-1963). De rode baksteen van dit strakke, bijna symmetrische huis valt op. Het portiek waarin de voordeur in het gevelvlak iets terug ligt, heeft een hardstenen omlijsting en ligt onder een luifel waarop twee smeedijzeren ornamenten staan. Op de bovenhoeken wordt de portiekomlijsting doorbroken door twee glas-in-loodramen in geknikte kozijnen. De tuin wordt aan de Lanciersstraat afgesloten door een fraai versierde muur. Dr. Keyzer richtte in 1933 in Goirle kinderdagverblijf Kleuterheil op, in de jaren
vijftig ook kinderdorp St. Godelieve en openluchtschool San Domenico Savio. Al deze instellingen zijn gebouwd aan de naar hem genoemde Dr. Keyzerlaan. - St. Josephstraat 116 (voorheen 114 en 114D)
- Bewoner: Dr. Keyzer, kinderarts.
Bouwblok 122 (1866)
- Architect:
- Opmerkingen: Rijksmonument. Deze voormalige fabrikantenvilla is in 1866 gebouwd in een eclectische stijl in opdracht van H.G. (Henri) Peletier (fabriek voor wollen manufacturen en lakens). Peletier zou, volgens een van de verhalen die rond de boom van Jan Aarte de ronde doen, er voor gezorgd hebben dat de boom gekapt is omdat de boom zijn uitzicht belemmerde.
- Een schilddak met vier schoorstenen, een forse kroonlijst met consoles die de daklijst ondersteunt. De voordeur is afgedekt met een kroonlijsten consoles. Negen vensters kijken uit op een voortuin waar je toen de koets en nu de auto voor de deur kon en kunt parkeren.
- In 1914 nam Ant. de Rooij de villa over. Hij bouwde toen zijn wollenstoffenfabriek rechts naast zijn huis op nr. 124 en achter zijn huis aan twee kanten van de Jan Aartestraat 18, samen met zijn ‘huisarchitect’ Jos Donders. Hij bouwde aan de Lanciersstraat een schansmuur en dubbel koetshuis. De fabriek van de Rooij is in 1964 gestopt en 94 werknemers kregen toen ontslag. Het hoofdgebouw op nr. 124 is in 1976 doorbrand verwoest.
- St. Josephstraat 122.
Bouwblok 126 (1841)
- Architect:
- Opmerkingen: Lancierskazerne en cavalariekazerne gebouwd tussen 1842 en 1847 in opdracht van Koning Willem II door A. Goijarts. Hierin werd o.a. een regiment lanciers gelegerd. Later in gebruik genomen door wollenstoffenfabriek BeKa. In een deel van de paardenstallen is sinds 1988 het gemeentearchief van Tilburg gevestigd. Tegenover Villa F.A.L. van den Bergh. Zie ook BeKa fabriek.
- St. Josephstraat 126.
Bouwblok 131 (ca. 1860)
- Architect:
- Opmerkingen: Pand zonder verdieping onder met pannen gedekt zadeldak; de deels gepleisterde, deels in schoonwerk opgetrokken gevels zijn in 1978 wit geverfd. De voorgevel heeft een plint en een doorlopende vensterbank van hardsteen en is afgesloten met een eenvoudige kroonlijst met cassetten. In de voorgevel vier schuifvensters met geprofileerde stucwerkomlijsting en kleine kuif, en een deur met bovenlicht, voorzien van geprofileerde omlijsting afgedekt met kroonlijst op consoles.
- St. Josephstraat 131.
Bouwblok 133 (1862)
- Architect:
- Opmerkingen: Katoenspinnerij. Het Duvelhok is de oudste nog bestaande textielfabriek in Tilburg. De broers Isaac en Abraham Deen (Gebr. Deen) begonnen er in 1862 een katoenspinnerij. In 1880 ging het gebouw over in andere handen en kwam er een wolspinnerij in. Maar pas in 1911 werd de oude fabriek een echt ‘duvelhok’. De eerste bewerking van wol wordt ‘duvelen’ genoemd. In deze fase wordt de wol schoongemaakt. Het verhaal gaat dat de arbeiders die met deze klus bezig waren er na een tijdje uitzagen als ‘duvels’, want het was een smerig klusje. Toen de fabriek in 1968 dicht ging, werd het een kunstenaarswerkplaats. Onderdeel van de BeKa fabriek.
- Op de schoorsteen een kunstwerk van Rob Birza uit 2006. Op de achtergrond het kantoor van Interpolis.
- St. Josephstraat 133.
Bouwblok 135 (1890)
- Architect: Onbekend.
- Opmerkingen: Zie Villa F.A.L. van den Bergh, zie ook Landhuis Zonnewende
- St. Josephstraat 135.
Bouwblok 137 (1875)
- Architect:
- Opmerkingen: Dit rijksmonument is in 1875 gebouwd in eclectische stijl in opdracht van de weduwe van Norbertus de Kanter, Hendrika van Zantbeek. Norbertus had zijn leerlooierij in een deel van de Lancierskazerne tegenover zijn woonhuis. Deze fabrikantenvilla is een blokvormig pand in twee bouwlagen gebouwd met een omlopend schilddak. De gevels zijn uitgevoerd in baksteen. De voorgevel eindigt aan de bovenkant met een forse kroonlijst met consoles. Op de hoeken zien we hoekpilasters en in het midden boven de voordeur een risaliet. De gevel komt daar een 15 cm naar voren. Negen identieke vensters met stucwerkomlijsting voorzien van kuifstuk en met hardstenen vensterbanken onder de vensters. In het midden de voordeur met bovenlicht en omlijsting, afgedekt met een kroonlijst. In 1924 is er achter een veranda met mooi glas-in-lood aangebouwd. De gebroeders de Kanter, Norbertus en Josephus, hadden samen een boekhandel in het Goirke en waren daarnaast ook zelfstandig ondernemer. Norbertus (1813-1872) had een wolfabriek in de Goirkestraat die hij verkocht aan Chistiaan Mommers. Van dat geld begon hij in 1859 een leerlooierij in een deel van de voormalige Lancierskazerne. Na zijn dood liet zijn vrouw er tegenover dit huis bouwen en haar kinderen Alphons en Johan legden op 14 juni 1875 de gedenksteen. In 2012 werd dit pand volledig in stijl gerestaureerd.
- St. Josephstraat 137.
Voetnoot
- Meer:
- Bronnen: funkystuff.org
- Uitgaand: Regionaal Archief Tilburg (RAT)
- Zoekwoorden: