Vincent van Gogh (1853-1890)
Vincent van Gogh werd geboren in het Brabantse Zundert, een dorpje vlak bij de Belgische grens, als zoon van de predikant Theodorus van Gogh (1822-1885) en Anna Cornelia Carbentus (1819-1907), dochter van een Haagse boekbinder. Precies een jaar voor zijn geboorte hadden zij ook al een zoon gekregen die zij Vincent noemden, hoewel hij doodgeboren was. Na Vincent volgden nog drie zussen en twee broers: Anna, Theo, Willemien (Wil), Elisabeth (Lies) en Cor. Regelmatig wandelde het hele gezin in de omgeving van Zundert, waardoor de basis werd gelegd voor Vincents liefde voor de natuur.
Vincent had van jongs af aan een romantisch karakter. Hij was het enig kind van het gezin dat zijn toevlucht in de natuur zocht. Zo verliet Vincent vaak in zijn eentje de pastorie van Zundert. Hij kon uren in de groene natuur achterblijven waar hij langs een oever ronddwaalde op zoek naar kalmte en troost. Hier was hij continu insecten aan het verzamelen voor zijn collectie en probeerde hij planten te identificeren. Dit deed hij om zich bezig te kunnen houden, aangezien hij het menselijk gezelschap miste in zijn familie.
Als kind was Vincent een zwijgzame, enigszins in zichzelf gekeerde jongen. Van januari tot oktober 1861 bezocht hij de dorpsschool, maar het jaar daarop werd hij alweer van school gehaald en kreeg hij thuisonderwijs. Volgens zijn ouders zou hij door de omgang met de dorpskinderen op de dorpsschool te onbehouwen worden. Binnen de beslotenheid van de pastorie kreeg hij de volgende drie jaar les van zijn vader en gouvernante Anna Birnie. Per 1 oktober 1864 ging Vincent naar de kostschool van meester Jan Provily in Zevenbergen, waar hij twee jaar verbleef, tot augustus 1866. Hij had het er niet naar zijn zin, maar maakte er wel de lagere school af. Hij leerde er Frans, Engels en Duits. Hij tekende er af en toe, maar van enige artistieke aanleg was nog niets te merken.
1866 in Tilburg
Op 15 september 1866 liet de toen 13-jarige Vincent van Gogh zich inschrijven in het Tilburgse bevolkingsregister. Van Zundert naar Tilburg is 37 kilometer (7,5 uur lopen).
Op 15 september 1866 werd hij ook ingeschreven aan de gloednieuwe Rijks-HBS “Koning Willem II” van Tilburg. Hij kwam met een uitstekende cijferlijst van zijn lagere school in Zevenbergen. Deze HBS (Hogere Burger School) was destijds de enige in Brabant en gevestigd in het voormalige paleis van Koning Willem II (het huidige Paleis-Raadhuis van Tilburg).
Vincent ging in de kost bij Jan Hannik op het Haringseind (Korvel 57, later Annaplein 18-19). Tegen de gevel van het pand Sint Annaplein 18-19 (de plaats waar zijn kosthuis stond) is op initiatief van prof. dr. Harry van den Eerenbeemt een gedenkplaat aangebracht.
In de eerste klas kreeg hij van de 34 lesuren per week, 4 uur handtekenen en 1 uur rechtlijnig tekenen van de schilder Constant Huijsmans (1810-1886). Huijsmans stond bekend als een uitstekend tekenleraar, maar toch repte Vincent later met geen woord over diens tekenlessen. Constant Huijsmans was tekenaar, schilder en schrijver van boeken over tekenonderwijs. Meester Huijsmans besteedde in zijn lessen veel aandacht aan het tekenen van diepte. Bijzonder is dat Vincent daar veel moeite mee had in zijn latere werk.
1867 In Tilburg
In juli 1867 nam Vincent deel aan het overgangs-examen. Hij scoorde een gemiddelde van 7.36 punt per vak. Vincent had gevoel voor talen en presteerde goed op school.
Er is slechts één tekening die is overgebleven uit zijn Tilburgse tijd: “Twee schetsen van een man leunend op zijn spade”, gesigneerd “V.W. van Gogh” en gedateerd “1867”.
1868 in Tilburg
In het tweede leerjaar verliet Vincent van Gogh om onbekende redenen vroegtijdig de HBS. De reden is onbekend, mogelijk kon zijn vader de school niet betalen.
Op 19 maart 1868 liet hij zich uitschrijven uit het bevolkingsregister van Tilburg en keerde terug naar zijn ouderlijk huis in Zundert. Vincent van Gogh woonde 1,5 jaar in Tilburg.
1873 over Tilburg
In zijn brieven aan zijn broer Theo heeft Van Gogh het slechts één keer over Tilburg: Over de Londense voorstad Brixton schreef hij in 1873: ‘Het heeft wel iets van Tilburg of zoo…’
Aan Theo van Gogh. London, Friday, 13 june 1873 (brief 009, 2 van 4, in het midden)
Ik heb een kosthuis gekregen waar het mij voorloopig zeer goed bevalt. Er zijn nog 3 Duitschers in huis die veel van muziek houden & zelf piano spelen & zingen, wat de avonden heel gezellig maakt. Ik heb het hier niet zoo druk als in den Haag, daar ik maar van s’morgens 9 tot s’avonds 6 uur in de zaak behoef te zijn & Zaturdags reeds om 4 uur gedaan heb.– Ik woon in eene der voorsteden van Londen, waar het betrekkelijk stil is, het heeft wel iets van Tilburg, of zoo.–
Voetnoot
- Meer: Van Gogh Brabant
- Bronnen: funkystuff.org
- Uitgaand: Van Gogh Museum
- Zoekwoorden: Middelbare school, bekendste inwoner van Tilburg, tekenlokaal